Selecteer de tekst die je wilt vertalen en kies 'Vertalen'. Kies vervolgens de gewenste taal. Je kunt de vertaalde tekst beluisteren of lezen.

Cystenieren

Laatste update, 12 juni 2025

Cystenieren is een nierziekte. Hierbij ontstaan er veel cysten in de nieren. Die kunnen nierschade veroorzaken.

In het kort

  • Bij cystenieren (ADPKD) groeien er holten met vocht in de nieren.
  • Deze holten met vocht heten cysten.
  • Als er te veel cysten groeien, raken de nieren beschadigd.
  • Deze nierziekte is meestal erfelijk.
  • Bij cystenieren ontstaan meestal pas klachten als iemand ongeveer 35 jaar is.
  • Mensen krijgen bijvoorbeeld last van pijn, bloed in de urine en vermoeidheid.
  • Vaak zijn er ook cysten in de lever. Soms krijgen mensen daar een dikke buik van en pijn.
  • Behandeling is erop gericht de nierfunctie zolang mogelijk goed te houden.

Bij cystenieren gaat het meestal om ADPKD. Dat is de meest voorkomende vorm van cystenieren. In dit artikel gaat het over ADKPD. Een andere vorm van cystenieren is ARPKD.

Een andere naam voor cystenieren is polycysteuze nierziekte of PKD (dat staat voor polycystic kidney disease). Poly betekent veel. Cysteuze nierziekte betekent nierziekte door cysten. 

Wat zijn cysten?

Cysten zijn holten gevuld met vocht. Cysten in de nieren verdringen het gezonde nierweefsel. Als er veel (grote) cysten ontstaan in de nieren, raken de nieren beschadigd.

De cysten verschillen in grootte. Sommige zijn zo groot als een speldenknop. Andere zo groot als een pingpongbal. In de loop van de jaren groeien de cysten. Ook komen er steeds meer cysten bij. In cystenieren zitten tientallen tot honderden cysten. Het gezonde nierweefsel komt dan in de knel. De nieren kunnen hun werk niet meer goed doen.

cystenier
cystenier

Symptomen van cystenieren

Bij cystenieren (ADPKD) ontstaan pas klachten als de cysten het gezonde nierweefsel aan de kant drukken. Gemiddeld is dat als iemand 35 jaar oud is. De cysten beginnen al veel eerder te groeien. Soms al voor de geboorte. Het duurt dus jaren voor ze klachten veroorzaken.

De klachten hangen af van de grootte en hoeveelheid cysten in de nieren. Maar ook van cysten die mogelijk ergens anders in het lichaam zitten. Mensen met cystenieren hebben vaak ook cysten in de lever en soms in de alvleesklier. Mogelijke klachten zijn:

  • pijn in buik en rug
  • dikke buik en vol gevoel
  • bloed in de urine als de cyste scheurt, de urine heeft dan een roze, rode of bruine kleur
  • infecties van de urinewegen, bijvoorbeeld blaasontsteking of nierbekkenontsteking
  • nierstenen
  • soms meer risico op hersenbloeding

buikpijn en rugpijn

De cysten drukken tegen de andere organen. Dit veroorzaakt chronische (voortdurende) pijn in buik en rug. Meer dan de helft van de patiënten heeft er last van. Soms is de pijn zo ernstig, dat mensen niet meer normaal kunnen functioneren.  

Het is ook mogelijk dat je plotseling pijn krijgt door een ontsteking van een cyste of een niersteen. Verder kan een cyste openknappen of scheuren. Dan heb je plotseling erge pijn. Ook zit er dan misschien bloed in de urine.

dikke buik en vol gevoel

Je buik kan dikker worden. Dit komt door de groeiende cysten in de nieren en (bij sommige mensen ook) in de lever. Vrouwen krijgen soms de vraag of ze zwanger zijn. Dat kan heel vervelend zijn. Je buik zit misschien ook in de weg bij de dagelijkse bezigheden of als je wilt slapen. 

Als de buik groeit worden de rugklachten erger. De dikkere buik geeft een vol gevoel. Daarom heb je misschien minder zin om te eten. Vaak hebben mensen door hun dikkere buik ook minder zin om te vrijen. Er kunnen dus ook seksuele problemen ontstaan door cystenieren.

infecties van de urinewegen

Door de cysten kan de urine minder goed doorstromen. Er blijft dan urine achter in de nieren of de blaas. Dit verhoogt de kans op blaasontsteking of een nierbekkenontsteking. Vrouwen hebben hier eerder last van dan mannen.

nierstenen

Nierstenen komen iets vaker voor bij mensen met cystenieren (ADPKD). Waarschijnlijk doordat de urine niet goed kan doorstromen. In de opgehoopte urine vormen zich stenen. Door de cysten zijn de stenen moeilijker op te sporen. Ze zijn niet goed te zien op een röntgenfoto.

meer risico op hersenbloeding

Bij sommige mensen met cystenieren (ADPKD) zit er een aneurysma in de hersenen. Een aneurysma is een zwakke plek in de bloedvaten. 

ADPKD ontstaat door een afwijking in de genen. De genen waar het om gaat, zijn ook betrokken bij het onderhoud van de structuur van de bloedvaten. Door de verandering in de genen hebben mensen met cystenieren dus ook meer risico op een aneurysma in de hersenen. Het risico is groter als je een familielid met een aneurysma hebt of als een familielid van jou een hersenbloeding heeft gehad.

Ongeveer 1 van de 10 mensen met ADPKD heeft zo’n aneurysma. Meestal is het klein. Heel soms kan het aneurysma scheuren en dan een hersenbloeding (beroerte) veroorzaken. Dat is ernstig, maar komt weinig voor. Naar schatting gebeurt het bij 1 van de 1000 mensen met zo’n aneurysma. Je kunt laten onderzoeken of je een aneurysma hebt.

klachten bij cysten in lever en alvleesklier

Bij ADPKD ontstaan vaak ook cysten in de lever. Dit komt vooral bij vrouwen voor. Soms zijn er een paar cysten, maar het kunnen er ook steeds meer worden. Sommige mensen krijgen ook cysten in de alvleesklier.

De lever en alvleesklier blijven dan wel goed werken. De cysten hebben er geen invloed op. Maar als de cysten in de lever groot worden, kunnen er wel klachten ontstaan. Zoals:

  • drukpijn
  • een vol gevoel 
  • minder eetlust
  • een dikke buik 
  • moeite met bukken 

Bij mensen met grote levers komen vaker liesbreuken, navelbreuken en littekenbreuken voor.

Nierschade door cystenieren

De cysten beschadigen het gezonde nierweefsel en de nieren gaan steeds slechter werken. Daardoor ontstaan ook problemen. Je kunt onder meer te maken krijgen met hoge bloeddruk, jeuk en vochtophoping rond de enkels. Ook vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij nierpatiënten.

Bloedarmoede komt ook vaak voor bij nierschade. Maar mensen met cystenieren krijgen vaak geen bloedarmoede. Dat komt doordat de cysten net als de nieren het hormoon aanmaken dat nodig is voor de aanmaak van rode bloedcellen.

Hoeveel mensen hebben cystenieren?

Het is niet precies bekend hoeveel mensen cystenieren (ADPKD) hebben. Naar schatting komt het voor bij ongeveer 1 op de 2.500 mensen. Het is dus een zeldzame ziekte, maar wel een van de meest voorkomende erfelijke nierziekten.

Oorzaak van cystenieren

Cystenieren (ADPKD) ontstaan door een afwijking in een gen. Daardoor ontbreekt een bepaald eiwit in het lichaam. Of het eiwit is er wel, maar werkt niet goed. Dit eiwit is nodig om de nierbuisjes op te bouwen en te onderhouden. Dit lukt dus bij cystenieren niet goed. De nierbuisjes raken beschadigd. Er blijven zouten, vloeistoffen en eiwitten achter in de nierbuisjes. Daardoor worden de nierbuisjes steeds wijder. Er ontstaan holten waarin het vocht zich ophoopt. Dat zijn cysten.

Afwijking in een gen

  • PKD1-gen
    Ongeveer 9 op de 10 mensen (85%) met ADPKD hebben een verandering in het PKD1-gen.
  • PKD2-gen
    De meeste anderen hebben een verandering in het PKD2-gen. De ziekte is vaak minder ernstig als de fout in het PKD2-gen zit.

Er bestaan ook nog een aantal zeldzame vormen van cystenieren. Daarbij zit de verandering op een ander gen. Meestal worden mensen met een verandering op een ander gen minder ziek.

Hoe ontstaat de verandering in het gen?

  • geërfd van een van de ouders (autosomaal-dominante overerving), het kind heeft 50% kans op cystenieren
  • spontante mutatie (verandering), het kind is de eerste in de familie met cystenieren. Dit is zo bij 5 tot 15 op de 100 mensen met cystenieren.

kinderwens & erfelijke cystenieren (ADPKD)

Cystenieren (ADPKD) zijn erfelijk. Dit kan invloed hebben op je kinderwens. Misschien durf je niet goed aan kinderen te beginnen. Misschien vraag je je af wat jouw kindje te wachten staat. Met je vragen en twijfels kun je terecht bij een klinisch genetisch centrum.

  • Komt de ziekte in jouw familie voor, maar weet je zelf nog niet of jij de ziekte hebt? Dan kun je dit laten onderzoeken met een scan of een echo. 
  • Je kunt ook met DNA-onderzoek laten onderzoeken of je het afwijkende gen hebt. Blijkt daaruit dat jij het afwijkende gen hebt? Dan is er 50% kans dat jij dit doorgeeft aan jouw kind.
  • Tijdens de zwangerschap heb je recht op prenatale diagnostiek. Je laat dan onderzoeken of jouw kindje de genetische afwijking heeft.
  • PGD (pre-implantatie genetische diagnostiek, embryoselectie of ivf) kan ook. De bevruchting is dan in het lab, buiten het lichaam. Een vruchtje zonder afwijking wordt in de baarmoeder teruggeplaatst. Je kind heeft dan zeker geen cystenieren.

Als je zelf cystenieren hebt, is het belangrijk dat je op tijd aan je nefroloog vertelt dat je zwanger wilt worden. Je mag namelijk niet al je medicijnen tijdens de zwangerschap gebruiken. Vaak krijgen vrouwen een bloedverdunner omdat die de kans op zwangerschapsvergiftiging verkleint

niet-erfelijke cystenieren

Soms ontstaan cysten vanzelf, bijvoorbeeld door ouderdom. Dan is er meestal maar 1 niercyste, of hooguit een paar. Over het algemeen is dat niet schadelijk voor de nierfunctie. Er is dan ook geen sprake van de ziekte cystenieren.

Cysten kunnen ook ontstaan door andere niet-erfelijke oorzaken, bijvoorbeeld door een niertumor en aangeboren aandoeningen. Dat is heel zeldzaam.

Onderzoek en diagnose

Als je klachten hebt die passen bij cystenieren (ADPKD), doet je huisarts bloed- en urineonderzoek. Als er reden voor is, zal je huisarts je doorverwijzen naar een nefroloog. Deze maakt een MRI-scan, CT-scan of echo van jouw nieren. Eventueel kan ook DNA-onderzoek worden gedaan, bijvoorbeeld als je een kinderwens hebt.

testen op cystenieren bij kinderen

Heb je cystenieren (ADPKD), of heeft jouw kind deze nierziekte? Dan heeft jouw kind 50% kans de ziekte ook te krijgen.

Zorgen om je kind

Misschien maakt je je zorgen om jouw kind. Artsen raden af om al op jonge leeftijd een diagnose te stellen. Dat heeft verschillende redenen. Mensen met cystenieren krijgen meestal pas later last van de ziekte. En voor kinderen bestaat nog geen goede behandeling die de ziekte kan uitstellen.

Bloeddruk controleren bij kinderen met risico op cystenieren

Wel adviseren artsen om elke 3 jaar de bloeddruk van je kind te laten controleren bij de huisarts. Hoge bloeddruk versnelt namelijk de groei van eventuele cysten. Heeft jouw  kind hoge bloeddruk? Dan krijgt het medicijnen tegen hoge bloeddruk. Het betekent niet dat je kind cystenieren heeft. Het advies is om hiermee te beginnen als je kind 5 jaar of ouder is.

Je kind krijgt op deze manier nog geen diagnose. Het voordeel daarvan is dat je kind op volwassen leeftijd zelf kan beslissen of hij of zij dat wil. Het kan namelijk belastend zijn om te weten dat je later ziek kunt worden.

Er zijn wel uitzonderingen. Soms worden er tijdens de zwangerschap al afwijkingen aan de nieren van de baby gezien. Of soms krijgt een kind om een andere reden een echo van de buik en worden per toeval cysten in de nieren ontdekt. Voor deze kinderen is het wel belangrijk om naar de kindernefroloog te gaan.

Toch een diagnose voor je kind?

Als je toch wilt weten of jouw kind cystenieren heeft, kun je DNA-onderzoek laten doen. Bij DNA-onderzoek wordt gekeken of je kind het veranderde gen heeft. Als dat zo is, heeft jouw kind aanleg voor cystenieren. Maar je kind hoeft dan nog geen klachten te hebben.

Er kan ook een echo gemaakt worden om te zien of je kind cysten in de nieren heeft. Maar meestal ontstaan cysten pas na de kinderleeftijd. Dat betekent dat een echo bij kinderen meestal geen zekerheid geeft.

Met je kind praten over cystenieren

Misschien maak je je zorgen om jouw kind en wat je het moet vertellen. Je beslist zelf of je aan je kind vertelt dat er een erfelijke ziekte in de familie zit. Heb je daar vragen over? Je kun altijd met de nefroloog of een klinisch geneticus praten over jouw vragen en zorgen.

Behandeling van cystenieren

Cystenieren zijn niet te genezen. De behandeling moet ervoor zorgen dat je nieren minder snel achteruitgaan. Uiteindelijk hebben mensen met cystenieren vaak een niertransplantatie of dialyse nodig.

Medicijnen bij cystenieren

Soms kunnen medicijnen (tolvaptan) de groei van de cysten remmen. Daardoor blijft de nierfunctie  langer goed. Maar dit middel is niet voor iedereen geschikt. Van Tolvaptan moeten mensen erg veel plassen.

Sommige mensen met cystenieren (ADPKD) krijgen het medicijn lanreotide. Mensen krijgen dit medicijn als ze erg veel last hebben van cysten in de lever. Dit remt de groei van cysten in de lever en de nieren. Het medicijn heeft geen effect op de werking van de nieren.

Wat kun je zelf doen bij cystenieren?

Van je arts krijg je de volgende adviezen:

  • laat je bloeddruk controleren, een hoge bloeddruk geeft een hogere kans op hart- en vaatziekten.
  • leef gezond en stop met roken, een gezonde leefstijl remt de achteruitgang van de nieren en verkleint het risico op hart- en vaatziekten
  • drink veel water:
    • cystenieren vergroot het risico op uitdroging
    • voortdurende doorstroming van urine voorkomt infecties aan urinewegen
    • Bij mensen met cystenieren zit er vaak veel antidiuretisch hormoon (ADH) in het bloed. Dit hormoon zorgt ervoor dat het lichaam niet te snel uitdroogt. Maar dit hormoon maakt ook het stofje cAMP aan. Dit stofje stimuleert mogelijk de cystegroei. Door veel te drinken, zorg je ervoor dat er minder ADH en cAMP in uw bloed zit. Mogelijk rem je daarmee de groei van de cysten. Maar dat is nog niet helemaal zeker.
  • drink niet te veel koffie, (ijs)thee, cola en energiedrankjes: cafeïne stimuleert aanmaak van het stofje cAMP
  • eet niet te veel zout, door zout te eten gaat de bloeddruk omhoog
  • bij ernstige nierschade: eet minder eiwit, dan hopen mogelijk minder afvalstoffen op in het lichaam

bij levercysten: gebruik de pil niet als voorbehoedsmiddel

In de anticonceptiepil zit het hormoon oestrogeen. Net als in sommige prikpillen en de anticonceptie-ring. Oestrogeen leidt waarschijnlijk tot een snellere groei van cysten in de lever. Daarom kun je beter een ander voorbehoedmiddel kiezen.

Voorbehoedsmiddelen die wel kunnen zijn bijvoorbeeld: spiraaltjes, bepaalde prikpillen en condooms.

Gevolgen van cystenieren

Bij cystenieren (ADPKD) ontstaan in de loop van de jaren steeds meer cysten. Ook worden de cysten steeds groter. De nieren gaan steeds verder achteruit. 8 van de 10 mensen met ADPKD krijgen nierfalen. Zij moeten gaan dialyseren of hebben een transplantatie nodig. Dat is erg ingrijpend, ook voor de naasten.

Emotionele en sociale gevolgen van cystenieren

Cystenieren hebben niet alleen gevolgen voor je lichamelijke gezondheid, maar raken jouw hele leven. Mogelijk heeft de ziekte invloed op jouw relaties, werk, studie en financiële situatie. De meeste mensen leren hier uiteindelijk wel mee omgaan. Je krijgt hierbij hulp van je arts en andere medische professionals. Waarschijnlijk krijg je ook veel steun van jouw naasten.

Wetenschappelijk onderzoek naar cystenieren

De universitaire medische centra van Groningen, Leiden, Rotterdam en Nijmegen werken samen aan een onderzoek naar de behandeling van cystenieren (ADPKD). Het onderzoeksproject van de 4 ziekenhuizen heet DIPAK: Develop lnterventions to halt Progression of Autosomal dominant polycystic Kidney disease.

Binnen het onderzoek worden onder meer nieuwe medicijnen getest. Ook proberen de onderzoekers te achterhalen welke zaken invloed hebben op het verloop van de ziekte.

DIPAK-onderzoek laat zien dat cystenieren invloed heeft op gezinsplanning. Dit heeft te maken met  

  • angst om deze erfelijke ziekte door te geven
  • verminderde vruchtbaarheid door ADPKD
  • angst voor complicaties van de ziekte bij zwangerschap

Deelnemers aan het onderzoek gaven aan dat zij minder kinderen kregen dan gewenst of ongewild kinderloos bleven. Vrouwen ervoeren meer invloed van hun nierziekte op de gezinsplanning dan mannen. 

Onze deskundigen dragen bij aan betrouwbare informatie.

Martine Besouw, kinderarts-nefroloog

Ron Gansevoort, internist-nefroloog

Esther Meijer, internist-nefroloog

Kennisgroep Zeldzame Nierziekten,

Waarom werken we samen met deskundigen?