Symptomen en onderzoek bij nierproblemen

Bloedonderzoek en urineonderzoek geven informatie over hoe goed je nieren werken. Zelf merk je vaak niet dat je nierschade hebt. Je krijgt pas klachten (symptomen) als je nieren voor minder dan 30% werken.

Is er reden om te onderzoeken of je nieren nog goed werken? Bijvoorbeeld omdat je klachten hebt die passen bij nierschade? Dan krijg je eerst bloedonderzoek en urineonderzoek. Hiermee kan de arts:

• vaststellen of je nierschade hebt
• controleren of je nieren verder achteruit gaan
• controleren of een behandeling aanslaat

Je bloed wordt vooral onderzocht op kreatinine (ook wel: creatinine). Dit is een afvalstof van de spieren. Nieren halen kreatinine uit het bloed. Zit er veel kreatinine in je bloed? Dat kan betekenen dat er nierschade is.

Je urine wordt vooral onderzocht op eiwitten. Bij nierschade werken de nierfilters niet goed meer. Dan kunnen er eiwitten weglekken via de urine. Zit er inderdaad eiwit in je urine? Dat kan betekenen dat er nierschade is.

Mogelijk verwijst de huisarts je door naar een specialist: een internist of nefroloog. Dan krijg je daar een herhaling van bloed- en urineonderzoek. Ook kan het zijn dat de specialist verder onderzoek doet. Bijvoorbeeld een echo, scan of een nierbiopsie.

De specialist bespreekt de uitslagen van de onderzoeken met je. Je hoort wat de diagnose is en welke behandelingen mogelijk zijn. Bij sommige aandoeningen blijf je onder behandeling van je specialist. Bij andere aandoeningen is dat niet nodig. Dan begeleidt de huisarts je verder.

Je arts vergelijkt de uitslag met normaalwaarden (referentiewaarden). Dit zijn de waarden bij gezonde mensen. Normale waarden betekenen dat alles in het lichaam goed werkt. Afwijkende waarden kunnen betekenen dat er iets mis is met de nieren.

Normaalwaarden zijn vaak niet haalbaar voor nierpatiënten. Dan stelt de arts streefwaarden vast. De behandeling moet ervoor zorgen dat die waarde behaald wordt.

Tabel met bloedwaarden bij nierschade

In de tabel staan normaalwaarden en streefwaarden voor nierpatiënten. Dit is bedoeld als richtlijn. De waarden kunnen per ziekenhuis wat verschillen.

In het begin merk je niets van de nierschade. Dan heb je nog geen klachten. Dat klinkt misschien positief, maar het vervelende is dat de nierschade ongemerkt steeds erger wordt. Je nieren gaan steeds slechter werken. Meestal heb je pas klachten als je nierfunctie 30% of minder is.

Door nierschade kun je bijvoorbeeld last krijgen van vermoeidheid, misselijkheid, jeuk of kramp in de benen. Het verschilt per persoon welke klachten optreden. Hoe meer schade aan de nieren, hoe meer klachten kunnen ontstaan.