Elly en Huib zijn al jaren getrouwd. In een gesprek geeft vooral Elly aan dat het niet goed gaat met hun relatie. Zij merkt dat haar man qua gedrag en emotionele uitingen sterk is veranderd, steeds vaker reageren ze kortaf op elkaar. Elly weet niet goed hoe zij hiermee kan omgaan. Zelf merkt Huib wel dat hij feller reageert dan voorheen, maar hij is zich niet zo bewust van het effect daarvan op zijn vrouw.
Van praten tegen elkaar
naar praten met elkaar
Ik leg uit dat stemmingswisselingen een bijwerking van anti-afstotingsmedicatie kunnen zijn. Dit geeft de aanzet tot een uitwisseling van gedachten en emoties. Daarbij is het belangrijk niet in een strijd terecht te komen, waarbij gesproken wordt in termen van goed en fout. Een beschuldigende vinger helpt zelden om dichter tot elkaar te komen. Door vragen aan elkaar te stellen, komt er vaak meer duidelijkheid en dat is voor beide partners prettig.
Verder blijkt dat de verwachtingen die beiden van hun relatie hadden, zijn veranderd in de periode na de transplantatie. Maar dit lieten beiden onbesproken, waardoor over en weer onbegrip is ontstaan. Door naar elkaar uit te spreken welke verwachtingen zij hadden, komen Elly en Huib weer dichter bij elkaar.
Elly had verwacht dat haar man na zijn herstel actiever zou worden en dat zij weer samen activiteiten buitenshuis konden oppakken. Hij was al blij dat hij minder vermoeid was en richtte zich vooral op het functioneren van de nieuwe nier. Met het uitspreken van hun gedachten hierover kwam een gesprek op gang over onderlinge verschillen en hun eigen wensen daarbij. Je kunt nu eenmaal beter rekening met elkaar houden als je weet wat die wensen zijn.




