Selecteer de tekst die je wilt vertalen en kies 'Vertalen'. Kies vervolgens de gewenste taal. Je kunt de vertaalde tekst beluisteren of lezen.

Groeiachterstand bij chronische nierschade

Laatste update, 17 juli 2025

Door chronische nierschade kan een groeiachterstand ontstaan. Voor kinderen kan het moeilijk zijn om een afwijkende lengte te hebben.

Kinderen met chronische nierschade groeien vaak niet goed. Ze blijven achter in lengte en gewicht. Dat kan een eerste teken zijn dat er iets mis is met de gezondheid van je kind.

Oorzaak van groeiachterstand bij nierschade

Voor een groeiachterstand kunnen verschillende oorzaken zijn. Bij kinderen met nierproblemen bestaan er vaak meerdere oorzaken naast elkaar.

onvoldoende voedingsstoffen

Kinderen met ernstige nierschade hebben meestal een slechte eetlust. Ze zijn misselijk en vermoeid door de ophoping van afvalstoffen, en hebben daardoor geen trek. Ook neemt het lichaam de voedingsstoffen vaak niet goed op. De medicijnen kunnen een vol gevoel geven, waardoor een kind geen zin in eten heeft. Het is mogelijk dat een kind daardoor te weinig voedingsstoffen binnenkrijgt. Het lichaam beschikt dan niet over voldoende energie om te groeien.

verzuring van het bloed

Door de nierschade blijven er meer afvalstoffen achter in het bloed. Er blijven ook meer zure stoffen achter. Het bloed verzuurt. Dit heet ook wel metabole acidose. In het verzuurde bloed wordt groeihormoon sneller afgebroken. Bovendien zorgt verzuring van het bloed voor botontkalking. De botten zijn dan van slechte kwaliteit en daardoor kunnen kinderen ook niet goed groeien.

tekort aan vitamine D

De nieren zorgen ervoor dat vitamine D wordt omgezet in actief vitamine D. Dat is nodig voor sterke botten. Bij nierschade kan een tekort aan actief vitamine D ontstaan. Daardoor kan het lichaam calcium (kalk) niet meer goed opnemen. Bij nierschade wordt er soms ook calcium aan de botten onttrokken. Daardoor zijn de botten minder sterk en groeien ze minder goed. Dit kan leiden tot botproblemen, zoals rachitis (Engelse ziekte), renale osteodystrofie en vergroeiingen van het skelet.

minder gevoelig voor groeihormoon

Bij kinderen met nierschade zijn de weefsels minder gevoelig voor groeihormoon. Er is dan wel voldoende groeihormoon beschikbaar, maar het lichaam kan dit niet meer goed gebruiken. Hierdoor vertraagt de groei.

medicijnen

Ook medicijnen kunnen invloed hebben op de groei. Dit is onder meer het geval bij corticosteroïden, zoals prednison of prednisolon. Deze medicijnen worden soms voorgeschreven na een niertransplantatie, en ook bij nierziekten waarbij het afweersysteem een rol speelt (bijvoorbeeld het nefrotisch syndroom of auto-immuunziekten).

Behandeling van groeiachterstand

Als er een groeiachterstand ontstaat, wordt dat vaak al snel ontdekt. Dan start er een behandeling om de groei weer te verbeteren. Bijvoorbeeld met bijvoeding of groeihormoon. Vroeger waren kinderen met nierproblemen vaak veel kleiner dan hun leeftijdgenoten, en bleven ze dat ook. Tegenwoordig bereiken de meeste kinderen met nierschade uiteindelijk een normale lengte.

Kleiner dan leeftijdgenoten

Door de nierschade is jouw kind misschien (tijdelijk) kleiner dan leeftijdgenoten. Voor een kind kan het frustrerend zijn om er anders uit te zien. Veel kinderen kunnen daar wel mee omgaan. Maar sommige kinderen krijgen er sociale of emotionele problemen door. De kans op problemen is groter als het kind ook gepest wordt.

  • Grijp direct in als je merkt dat je kind gepest wordt. Je kunt dit bespreken op school. Iedere school heeft hier een speciaal protocol voor.
  • Bespreek het ook met de behandelend arts als je kind moeite heeft met zijn of haar lengte. De arts kan uitleggen waardoor de groeiachterstand is ontstaan en wat eraan gedaan kan worden. De arts legt ook uit waarom een behandeling met groeihormoon wel of niet geschikt is voor jouw kind.

Vooral problemen in de puberteit

Als er problemen ontstaan, gebeurt dat meestal aan het begin van de puberteit. Onder meer omdat kinderen dan erg bezig zijn met hun uiterlijk, en ook graag bij een groep willen horen. In de puberteit kan het verschil in lengte ook sterk toenemen. De groeispurt is soms minder sterk dan bij andere kinderen. Sommige kinderen met nierschade komen ook pas laat in de puberteit. Een kind kan het afwijkende uiterlijk dan zelf als een probleem gaan ervaren.

Je kind kan hierover praten met het behandelteam. Zo nodig krijgt je kind hulp bij het omgaan met de kleinere lengte.