Er is tot nu toe slechts éen medicijn dat helpt bij cystenieren: tolvaptan (merknaam: Tolvaptan/Jinarc). Helaas heeft dit middel een aantal bijwerkingen, waarvan de belangrijkste is dat patiënten heel veel moeten plassen. Gevolg hiervan is dat zij veel moeten drinken om niet uit te drogen. Arts-onderzoeker Thomas Bais van UMC Groningen wil erachter komen hoe die vervelende bijwerkingen zijn tegen te gaan.
Wat zijn cystenieren, en waarom doe jij onderzoek naar deze ziekte?
‘Bij cystenieren ontstaan blaasjes (cysten) in de nieren die gevuld zijn met vocht. Deze cysten verdringen het gezonde nierweefsel. In de loop van de jaren groeien de cysten. Ook komen er steeds meer bij. Zo komt het gezonde nierweefsel steeds meer in de knel, waardoor de nieren hun werk niet meer goed doen. Ingrijpende behandelingen als dialyse of een niertransplantatie kunnen dan noodzakelijk worden.
De ziekte komt voor bij ongeveer 1 op de 2500 mensen en is meestal erfelijk. De aandoening heeft een grote invloed op het leven van patiënten en hun families. Ik hoop dat we met ons onderzoek verergering van de ziekte kunnen voorkomen en erin slagen het gebruik van medicijnen draaglijker te maken.’
Wat is tolvaptan, en aan wie wordt het voorgeschreven?
‘Aan volwassen cystenierpatiënten met een hoog risico op nierfalen in de toekomst. Bijvoorbeeld aan mensen bij wie de werking van hun nieren zeer vlug achteruit gaat, of omdat de cysten snel groeien.
Tolvaptan remt de groei van de cysten in de nieren; zo blijft de nierfunctie langer behouden. Deskundigen schatten in dat voor elke drie tot vier jaar dat iemand tolvaptan gebruikt, nierfalen met ongeveer een jaar vertraagd kan worden.
Ofwel: als een patiënt met cystenieren het medicijn dertig jaar gebruikt, kan dialyse of transplantatie naar schatting met acht tot tien jaar worden uitgesteld. Daarom is het belangrijk om vroeg in het ziektebeloop te kijken welke patiënten in aanmerking komen voor behandeling, want de winst is het grootst bij langdurig gebruik.
Volgens de laatste richtlijn kan het middel worden gestart bij mensen van 55 jaar of jonger met een nierfunctie boven de 25%, én met een hoog risico op snelle nierfunctie achteruitgang in de toekomst.’
Elk voordeel heeft zijn nadeel?
‘Tolvaptan heeft helaas bijwerkingen. De vervelendste is, volgens veel patiënten, heel veel plassen. Dat kan oplopen tot acht tot tien liter per dag, wat weer aangevuld moet worden door acht tot tien liter te drinken om uitdroging te voorkomen. Dit heeft een grote invloed op het dagelijks leven. Zowel op het werk als tijdens hobby’s of dagjes weg moeten patiënten hier altijd rekening mee houden.
Voor een groot aantal patiënten is het vele plassen een reden om met tolvaptan te stoppen. Uit eerder onderzoek weten we dat met name jonge mensen last hebben van deze bijwerking. Dat is extra vervelend, wat zij zijn juist degenen die het meest baat hebben bij langdurige behandeling. We zoeken dan ook naar manieren om deze behandeling te verbeteren.’