In Singapore werkte je aan een opmerkelijk onderzoek: hoe haal je een bepaald enzym uit zwaardbonen? Wat heeft dat met de draagbare kunstnier te maken?
‘Het Singaporese bedrijf Dialyss houdt zich specifiek bezig met de chemie van de draagbare kunstnier. Bij het apparaat zit een zogeheten sorbent cartridge. Dit onderdeel zorgt ervoor dat het dialysaat hergebruikt kan worden. Deze sorbent werkt met korrels waar afvalstoffen zich aan binden, en zo uit het dialysaat verwijderd worden. De korrels bevatten een belangrijk enzym wat dit mogelijk maakt. Deze grondstof wordt gewonnen uit zwaardbonen, een bewerkelijk proces. Hierdoor zijn de korrels erg duur in aanschaf.’
Jij onderzoekt hoe deze grondstof goedkoper gewonnen kan worden. Door het enzym zelf uit de bonen te halen. Hoe ga je te werk?
‘Met mijn onderzoek test ik een methode, waarbij we dit inderdaad zelf proberen te doen. Lukt ons dit, dan kan de kostprijs van de korrels aanzienlijk omlaag. Op kleinere schaal weten we intussen al hoe dit moet. Maar de manier waarop we dit doen, laat zich lastig vertalen naar grote, industriële aantallen. Ik onderzoek nu een alternatieve methode waarmee dit gemakkelijker en efficiënter kan.’
Vanuit een noodlaboratorium in Nederland werk je verder aan het onderzoek. Best bijzonder, want wereldwijd liggen veel onderzoeken zo goed als stil.
‘Het is inderdaad vrij uniek dat ik grotendeels door kan met mijn werk. Want ook in Nederland is bijna al het laboratoriumonderzoek door corona gestaakt. Toen ik hier aankwam, hebben we gekeken naar een mogelijkheid om de draad in eigen land toch op te kunnen pakken. We zijn op zoek gegaan naar een tijdelijk laboratorium en vonden dit in Oss.’
Binnen een maand tijd was dit lab up and running. Dat is snel. Geen last gehad van kinderziektes?
‘Zeker wel, want je zet tenslotte een heel nieuw lab op. We hebben dan ook de nodige obstakels moeten trotseren. Zo was het al een hele uitdaging om de korrels vanuit Singapore naar Nederland te krijgen. De eerste lading kwam niet aan en raakte zoek. Ook was lang onduidelijk of we alle benodigde apparatuur in deze tijd wel konden krijgen. Dat lukte, maar vervolgens werkte dan niet alles meteen zoals je hoopte, wat dan weer op aanpassingen vroeg. Maar na een paar weken was het gefikst, en kon ik aan de slag.’
Helemaal alleen in je eentje.
‘Dat was wel even wennen, en ergens ook best eenzaam. Ons team in Singapore bestaat uit 15 mensen. Zo’n club geeft toch ook een bepaalde dynamiek. Die mis ik. Net als de praatjes met mijn teamgenoten bij de koffiemachine.’
Je geeft aan dat er ook een positieve kant zit aan het alleen werken. Je ben meer gefocust.
‘Toen duidelijk werd dat ik in Nederland verder kon werken, hebben we bepaald waar ik wel en niet mee verder kon qua onderzoekslijnen. Want in Singapore hou ik me naast het onderzoek met de korrels, ook met andere studies bezig. Hier werk ik uitsluitend aan mijn onderzoek naar de grondstofwinning uit de bonen. Daar ligt mijn focus, waardoor ik ook sneller stappen maak. Doordat ik in mijn eentje werk, ervaar ik een snellere groei. Ik ben nu nóg zelfstandiger geworden.’
Toch is dit een noodoplossing, de bedoeling is dat je weer terug gaat. Wanneer?
‘Het is een tijdelijke oplossing. Ik kan nu in ieder geval met één onderzoek verder; een stukje damage control, zeg maar. Het plan is dat ik uiteindelijk wel weer terug ga naar Singapore. Maar wanneer is op dit moment nog onduidelijk.’
Welke impact heeft de coronacrisis op de ontwikkeling van de draagbare kunstnier?
‘Het heeft zeker gevolgen voor de planning. Want sommige onderzoeken liggen wel helemaal stil. Door het coronavirus loopt het project in ieder geval vertraging op, voor zover ik daarover kan oordelen. Als ik kijk naar Dialyss, waar ik voor werk, zie ik dat er problemen zijn ontstaan met de levering van goederen door handelspartners in het buitenland.’
Voorlopig kun jij in ieder geval vooruit in het noodlab. Wat zich overigens bevindt in een kelder zonder ramen. Denk je aan je dagelijkse dosis daglicht?
‘In het pand waarin ook mijn lab gevestigd is, zitten veel kleine start up bedrijfjes. Ik zit inderdaad in de kelder van het gebouw. En ja, zonder ramen. Maar dat klinkt erger dan het is hoor, want ik doe regelmatig even een rondje. Om andere mensen te zien of voor een frisse neus.’