Vandaag is Wereld Diabetes Dag. Op deze dag wordt aandacht en begrip gevraagd voor diabetes. Sinds de ontdekking van insuline(in 1922) is diabetes geen dodelijke ziekte meer. Maar nog steeds krijgt 28% van de mensen met diabetes ook chronische nierschade. Frank Huser is één van hen.
‘Ik leef alweer ruim 25 jaar met diabetes type 2. Lange tijd kon ik het chronisch ziek zijn goed combineren met mijn werk. Ik kreeg er steeds meer lol in om te begrijpen wat het effect van voeding is en hoe ik daarmee de gezondheidsschade lange tijd onder controle kon houden. Helaas kwam na mijn niertransplantatie de diabetes terug.’
Bij diabetes is er te weinig van het hormoon insuline beschikbaar in het lichaam. Je lichaam heeft insuline nodig om glucose om te zetten in energie. Als er te weinig insuline aanwezig is, komt er dus te veel glucose in het bloed. Deze glucose beschadigt de nierfilters. De nieren moeten harder werken en er ontstaan littekens op de nierfilters.
Diabetes gaat vaak samen met hoge bloeddruk. Ook dat veroorzaakt schade aan de nieren: 28% van de mensen met diabetes krijgt chronische nierschade. Daarmee is diabetes een van de belangrijkste oorzaken van nierschade.
Minder vingerprikjes dankzij pomp
‘Toen bij mij diabetes werd ontdekt, begon ik met tabletten om mijn glucosewaarden te verlagen. Dit bleek onvoldoende te werken. Dus stapte ik over op het spuiten van kort- en langwerkende insuline. Helaas bleven mijn glucosewaarden erg ontregeld. Soms moest ik wel 10 keer per dag insuline spuiten. Mijn arts stelde voor een insulinepomp te gebruiken om de glucosewaarden beter te reguleren.
Ik was eerst huiverig, ik had er het beeld van een soort stoma bij. Maar de praktijkondersteuner van mijn huisarts vertelde een helder verhaal over wat een insulinepomp nou daadwerkelijk is. Gebruik ervan blijkt helemaal niet zo ingewikkeld als ik dacht en het scheelt een heleboel vingerprikjes.
Nadenken over passende voeding
De hoge glucosegehaltes in mijn bloed veroorzaakten intussen wel schade aan mijn nierfilters, in zo ernstige mate dat ik in 2020 moest starten met dialyseren.
Naast het vermijden van teveel suikers en ‘snelle’ koolhydraten, moest ik ook gaan letten op eiwit-, kalium-, fosfaat- en vochtinname. Opeens waren mijn dagen grotendeels gevuld met nadenken over voeding. Langzaam verdiepte ik mij er steeds meer in.