Selecteer de tekst die je wilt vertalen en kies 'Vertalen'. Kies vervolgens de gewenste taal. Je kunt de vertaalde tekst beluisteren of lezen.

Omgaan met je nierproblemen

Laatste update, 26 juni 2025

De diagnose chronische nierschade kan emoties en onzekerheid veroorzaken. Het kan je helpen als je praat over jouw gevoelens en gedachten.

Chronische nierschade kan zorgen voor onzekerheid en heftige emoties. Bij jou en je naasten. Ontkenning, boosheid en verdriet komen veel voor. Het kan helpen om te praten over je gevoelens en gedachten.

Het nieuws dat je een nierziekte hebt, kan onwerkelijk aanvoelen. Mensen die dit bericht krijgen, vragen zich soms af of de diagnose wel juist is. Veel mensen voelen zich niet ziek. Je leven kan erg veranderen door nierschade. Je conditie gaat vaak achteruit. Ernstige nierschade kan zelfs levensbedreigend zijn als er niets aan gedaan wordt. Dit kan veel invloed hebben op plannen en verwachtingen in je leven.

Als jij je dit realiseert, voel je je misschien somber, boos, onzeker of angstig. Sommige mensen piekeren erover dat ze in de toekomst misschien afhankelijk worden van een machine. Al die gedachten en emoties kunnen ook zorgen voor slaapklachten en/of concentratieproblemen. Maar het nieuws dat je een nieraandoening hebt, kan ook zorgen voor opluchting. Bijvoorbeeld omdat je dan weet waarom je zo moe was.

Praten over nieraandoening kan helpen

Het kost tijd om te wennen aan je ziekte. De een verwerkt zoiets makkelijker dan de ander. Sommige mensen verwerken de diagnose eerst voor zichzelf, en sluiten zich af. Het kan je helpen om te praten over je gevoelens, gedachten en zorgen met iemand die jij vertrouwt. Dat kan een partner zijn of een goede vriend(in). Maar ook je nefroloog, maatschappelijk werker of iemand die hetzelfde heeft meegemaakt (lotgenoot). Dat kan kort na de diagnose, of pas op een later moment. Deel je vragen, gevoelens en twijfels met deelnemers van nieren.nl.

ontkenning

Ontkenning is vaak de eerste fase in de verwerking van verlies van gezondheid. Misschien kun je niet geloven dat je nieren slecht werken, omdat je je niet slecht voelt. Of je denkt dat er een fout is gemaakt.

boosheid

Er kan ook boosheid zijn. Omdat je lichaam minder goed werkt, of omdat je een aantal dingen niet meer zelfstandig kunt doen.

verdriet

Een volgende fase van verwerking is verdriet. Je kunt verdrietig zijn omdat je oude gezondheid niet meer terugkomt. Of omdat je sommige activiteiten niet meer kunt doen.

verwerking

In de laatste fase heb je verwerkt dat je nieren steeds slechter gaan werken. Je hebt afscheid genomen van wat niet meer lukt. En je ervaart een zekere berusting dat nierschade onderdeel is geworden van jouw leven.

Vaak lukt het vanaf deze fase beter om weer vooruit te kijken. Er is ruimte voor nieuwe mogelijkheden. Het verdriet is vaak niet weg, maar de scherpe kantjes zijn ervan af.

Iedereen beleeft elke fase op een eigen manier. Sommige mensen maken niet alle fasen mee. De fasen kunnen ook door elkaar lopen. Bijvoorbeeld omdat jouw (medische) situatie steeds verandert.

praat over je gevoelens

Praten over gevoelens, gedachten en zorgen kan je helpen om te gaan met je ziekte. Misschien voel je weinig behoefte om erover te praten. Of misschien wil je anderen niet belasten. Toch kan het steun geven, of opluchting. Anderen kunnen helpen om oplossingen te vinden. En het delen van gevoelens kan je relaties versterken.

Praat met iemand die jij vertrouwt. Je partner, een goede vriend(in), of je nefroloog of maatschappelijk werker. Gesprekken met een zorgverlener zijn vertrouwelijk, dus je kunt je vrij uiten.

Praten met lotgenoten
Sommige mensen vinden het prettig om met andere nierpatiënten te praten. Dat heet ook wel lotgenotencontact. Mensen die ook te maken hebben (gehad) met een nieraandoening, kunnen antwoord geven op veel vragen. En zij begrijpen jouw situatie makkelijker. Ervaringen van lotgenoten kunnen confronterend zijn. Maar het kan ook prettig zijn om van anderen te horen hoe zij een moeilijke periode ervaren hebben.

  • Deel je vragen, gevoelens en twijfels met deelnemers van nieren.nl.
  • Lokale patiëntenverenigingen organiseren vaak activiteiten waarbij je makkelijk in contact komt met lotgenoten. Kijk of er een vereniging bij jou in de buurt is. 
  • Neem deel aan gespreksgroepen die worden georganiseerd door je
    behandelcentrum, eventueel samen met je partner.
  • Bezoek een van de themadagen van NVN voor nierpatiënten en hun naasten, en ontmoet daar ervaringsdeskundigen en zorgprofessionals.
  • Volg een cursus over het leven met een chronische ziekte. Er zijn verschillende cursussen, bijvoorbeeld PPEP4ALL en STERK. Tijdens zo'n cursus leer je andere mensen met soortgelijke ervaringen kennen. Samen kun je de gevolgen van je ziekte bespreken.

maak tijd voor plezier

Misschien gaat al je energie zitten in noodzakelijke dingen en heb je geen energie meer over voor extra activiteiten. Probeer toch tijd te maken voor leuke en ontspannende bezigheden. Er zijn ook activiteiten die niet veel energie hoeven te kosten. Denk aan luisteren naar muziek, lezen of spelletjes spelen.

Plan dit zo nodig in je agenda, en vertel mensen in je omgeving hierover. Zij kunnen jou eraan helpen herinneren dat je van plan was iets prettigs te doen. En ze kunnen helpen om je plan uit te voeren.

Het kan helpen om een tijdje bij te houden op welke momenten je energie hebt. Bij het plannen van activiteiten kun je hier dan rekening mee houden.

overleg over werk

Als je werkt, bespreek dan met je werkgever wat voor jou een goede balans is. Zijn er aanpassingen nodig in jouw werk? Overleg met je medisch maatschappelijk werker of het Steun- en adviespunt van NVN. Zij kunnen je helpen met het maken van een plan.

geef activiteiten niet op

Net na de diagnose krijg je misschien veel tegelijk te verwerken. Dan kan het moeilijk zijn om contacten te onderhouden en bepaalde bezigheden vol te houden. Maar het advies is: geef activiteiten niet helemaal op. Anders kun je in een isolement terechtkomen. Doe even rustiger aan als dat nodig is. En pak je bezigheden weer op zo gauw dat kan. 

  • Probeer sociale contacten te onderhouden met familie, vrienden, kennissen en verenigingen.
  • Blijf actief en pas je activiteiten zo nodig aan. Beweeg bijvoorbeeld (even) minder intensief of minder lang, zodat je het wel kunt volhouden. Kijk ook zo naar hobby’s en vakanties. Doe zo nodig aanpassingen.

ga na wat je nog wel kan

Vergelijk jezelf niet met anderen, of met je vroegere zelf. Probeer te kijken naar je huidige wensen en mogelijkheden. Ga daarmee aan de slag, zelfs als je weinig zin hebt. Eenmaal bezig geeft een activiteit of uitje vaak toch plezier.

De meeste mensen met ernstige chronische nierschade of nierfalen zijn toch nog tot veel in staat. Op het werk, binnen het gezin, op het gebied van hobby’s en sport en reizen.

Heb je door dialyse minder energie of tijd om te zorgen voor je kinderen of andere familieleden? Ga dan na op welke momenten jij wel energie en tijd hebt. En probeer dan extra aandacht aan hen te besteden.

zoek naar andere mogelijkheden

Misschien zijn er activiteiten die je echt niet meer kunt doen. Dat is een verlies. Geef je emoties ruimte. Probeer daarnaast, na verloop van tijd, een vervangende activiteit te zoeken.

Lukt het bijvoorbeeld niet meer om te werken? Zoek dan een hobby of ga vrijwilligerswerk doen. Lukt huishoudelijk werk zoals stofzuigen niet meer? Neem andere taken op je, zoals de administratie.

ga na wat jou motiveert

Mensen met een chronische ziekte krijgen meestal adviezen om gezond te leven. Soms is het moeilijk om alles op te volgen. Probeer uit te vinden wat je motivatie vergroot, en wat je stemming verbetert. Deze tips kunnen helpen:

  • Geef jezelf eens een schouderklopje of een kleine beloning. Neem regelmatig een moment om te bedenken wat je allemaal wél voor elkaar krijgt. 
  • Ga na wat jou een oppepper geeft. Misschien helpt muziek bijvoorbeeld om (meer) plezier te krijgen in lichaamsbeweging of sport.
  • Betrek anderen bij je situatie. Vertel familie, vrienden of lotgenoten hoe zij jou kunnen helpen. Ga bijvoorbeeld samen bewegen. Of vertel wekelijks aan iemand wat goed gaat, en voor welke zaken jij een oppepper nodig hebt.

vraag om hulp

Heb je een moeilijke periode? Beleef je nergens plezier meer aan? Of heb je andere emotionele problemen? Blijf er niet mee rondlopen.

Bespreek je problemen met je arts of met de maatschappelijk werker. Zij kunnen jou helpen. Vraag zo nodig om een doorverwijzing. Bijvoorbeeld voor een cursus die jou helpt om te gaan met gevolgen van een chronische ziekte. Of voor gesprekken met een psycholoog.

ontdek jouw mogelijkheden

Waar heb jij behoefte aan? En wat heb jij nodig om dit te bereiken?

Het kan zijn dat je tegen emoties en belemmeringen aanloopt door de nierschade of de behandeling. Dat is begrijpelijk. Geef emoties ruimte. Maar blijf ook kijken naar jouw mogelijkheden.

  • Zet eens al jouw bezigheden op een rij. Welke activiteiten zijn zwaar om (alleen) te doen? Bij welke activiteiten is hulp mogelijk?
  • Zet ook jouw behoeften op een rij. Welke activiteiten wil je (vaker) doen, maar lukken niet? Wat geeft jou ontspanning of plezier? Hoe vaak besteed jij daar tijd aan?
  • Welke ondersteuning geeft jou de tijd en energie om die activiteiten te doen?

Is het moeilijk om deze vragen te beantwoorden? Vraag dan iemand die je vertrouwt om mee te denken. Een partner, vriend(in) of maatschappelijk werker bijvoorbeeld. Die kan helpen om de mogelijkheden voor hulp op een rij zetten. Of om te helpen bij het regelen van de hulp.

neem de regie waar het kan

Waar heb je wel invloed op?

Chronische nierschade kan voor beperkingen zorgen. Aan je lichaam, of door verschillende voorschriften. Dit kan het lastig maken om plannen te maken. Maar misschien is er meer regie mogelijk dan je denkt. Bijvoorbeeld:

  • Je kunt misschien niet zonder medische zorg, maar je bent niet overgeleverd aan artsen. Jij bepaalt wat er met jouw lichaam gebeurt. Vraag gerust om (meer) informatie. Stel alle vragen die je wilt. En beslis mee over jouw behandeling.
  • Misschien wil je liever geen hulp in het dagelijks leven. Veel mensen willen niet afhankelijk zijn van zorgverleners. Of ze willen anderen niet tot last zijn. Maar: als je hulp accepteert bij bijvoorbeeld huishoudelijk werk, heb je meer tijd en energie om bijvoorbeeld vrienden te bezoeken. 
  • Misschien krijg je kort voor een afspraak ineens last van zware vermoeidheid. Dit komt vaak voor bij nierpatiënten. (Alweer) afzeggen is vervelend. Je voelt je misschien schuldig. Maar jij hebt er last van als je over jouw grens gaat. Zeg gerust de afspraak af. Leg de situatie duidelijk en eerlijk uit. Dat schept begrip en vermindert jouw schuldgevoel. Uitleggen kan lastig zijn. De maatschappelijk werker of een lotgenoot kan jou hierbij helpen.

draag bij aan jouw medische zorg

Vraag je arts om informatie, laat weten wat je merkt van de behandeling.

Iedereen die chronisch ziek is, heeft zorg nodig. Die krijg je van zorgverleners. Maar je hebt er zelf ook veel invloed op. Jij bepaalt wat er met jouw lichaam gebeurt. En jij speelt een belangrijke rol bij jouw behandeling.

Er is heel veel informatie en je weg daarin vinden is soms niet makkelijk. De Nierwijzer, consultkaarten en keuzewijzer kunnen behulpzaam zijn voor jou en je partner/mantelzorger. Deze kunnen je ondersteunen bij het maken van keuzes over je behandeling.

  • Veel artsen werken met 3 goede vragen. Met deze vragen kun je je voorbereiden op een gesprek met je zorgverlener.
  • Je nefroloog geeft medisch advies, en legt uit welke behandelingen er zijn. Het is belangrijk dat jij dit begrijpt, omdat jullie daarna samen een behandeling kiezen.
  • Je gebruikt de voorgeschreven medicijnen en krijgt de afgesproken behandeling. Heb je last van bijwerkingen? Of valt de behandeling tegen? Vertel erover. Je kunt dan samen met de arts kijken naar andere mogelijkheden of manieren om ermee om te gaan.
  • De diëtist geeft advies over wat je mag eten en drinken. Maar jij bent degene die elke dag kiest wat je eet en drinkt. Is het dieet moeilijk vol te houden? Vertel dat. En vraag om tips. 
  • De mensen om jou heen kunnen je misschien steunen. Maar alleen jij kunt aangeven wat jij nodig hebt, en wanneer. Betrek je eventuele
    partner, familie of anderen die belangrijk zijn. Het is vaak heel fijn als iemand
    meegaat bij afspraken en voorlichtingsgesprekken. Het valt immers niet mee
    alle informatie goed te volgen en te onthouden. Zo kun je nog eens nagaan wat
    er is gezegd en het helpt de ander om jouw situatie beter te begrijpen.

vraag zo nodig om hulp

Leer je grenzen herkennen en bewaken. En vertel de arts of maatschappelijk werker welke hulp jij nodig hebt.

Raak jij of een naaste overweldigd door de gevolgen van de nierschade? Ontstaat een gevoel van machteloosheid, of probeer je juist de controle te houden, en vraagt dat meer energie dan jij hebt? Dan raakt de balans misschien zoek. Praten over je gevoelens, of begeleiding van een professional kan helpen om veerkracht op te doen.

  • Praat over jouw situatie en gevoelens met iemand die jij vertrouwt. Dat kan een naaste zijn, een lotgenoot of de huisarts. Maar ook de nefroloog, maatschappelijk werker of psycholoog kan helpen om weer in balans te komen. 
  • Overweeg een cursus of professionele hulp. Volg bijvoorbeeld een cursus over het leven met een chronische ziekte of een cursus mindfulness. Ook gesprekken met een psycholoog of getrainde ervaringsdeskundige kunnen helpen.
  • Nierpatiënten Vereniging Nederland (NVN) organiseert regelmatig themadagen (over verschillende onderwerpen) voor nierpatiënten en hun naasten. 

Onze deskundigen dragen bij aan betrouwbare informatie.

Mark Eijgelsheim, internist-nefroloog

Theodôr Vogels, medisch maatschappelijk werker

Waarom werken we samen met deskundigen?