Ruim € 1,3 miljoen toegekend aan vijftal onderzoekers
12 april 2019
Donderdag 11 april kregen vijf talentvolle Kolff-onderzoekers Nierstichting-subsidie voor wetenschappelijk onderzoek dat valt binnen het Kolff Programma. De subsidie wordt verstrekt aan onderzoekers verbonden aan het Radboudumc, UMC Utrecht, UMC Groningen en Amsterdam UMC. In samenwerking met zowel patiënten als wetenschappers zijn de aanvragen beoordeeld. De subsidie bedraagt in totaal ruim 1,3 miljoen euro.
Onderzoekers in verschillende fases van hun carrière kunnen een Kolff-subsidie aanvragen. Uit de tweeëntwintig inschrijvingen zijn negen onderzoeken geselecteerd om een volledige aanvraag te doen. De vijf gehonoreerde onderzoeksvoorstellen gaan over verschillende thema’s binnen de nefrologie. De onderzoeken zijn in opstartfase en vinden de komende jaren plaats door de Kolff-onderzoekers: Rutger Maas (Radboudumc), Albertien van Eerde (UMC Utrecht), Esther Meijer (UMC Groningen), Michiel van Aalderen en Liffert Vogt (Amsterdam UMC).
‘Behandeling op maat voor het nefrotisch syndroom’
Met zijn Nierstichting-subsidie werkt Rutger Maas (Radboudumc) aan het beter voorspelbaar maken van het aanslaan van behandelingen bij patiënten met het nefrotisch syndroom. Afweeronderdrukkende medicatie, zoals prednison, is op dit moment de enige behandeling bij deze ziekte. De uitwerking hiervan wisselt per patiënt en het medicijn heeft nare bijwerkingen. Het doel van het onderzoek is om in een vroeger stadium te weten of een patiënt goed op de behandeling reageert. En daarmee een gepersonaliseerde aanpak mogelijk te maken.
Lees de volledige wetenschappelijke samenvatting.
Op zoek naar genetische afwijkingen bij nierziekten
Albertien van Eerde (UMC Utrecht) onderzoekt met haar subsidie op welke manier variaties in genen een rol spelen bij het ontstaan van nierziekten. Genetische afwijkingen zijn een belangrijke oorzaak van nierziekten bij mensen onder de 50 jaar. Van zo’n 150 genen is bekend dat ze betrokken zijn bij het ontstaan van nierfalen. DNA-onderzoek kan dan helpen om een diagnose te stellen. Wanneer de afwijking in de andere genen zit, biedt DNA-onderzoek geen uitkomst. Daarom wil Albertien van Eerde met haar onderzoek meer inzicht krijgen in bekende en nieuwe genen die betrokken zijn bij nieren en het ontstaan van nierziekten.
Lees de volledige wetenschappelijke samenvatting.
Tolvaptan beter verdraagbaar maken
Esther Meijer (UMC Groningen) onderzoekt met haar subsidie hoe de bijwerkingen van het middel tolvaptan verminderd kunnen worden. Zonder dat de werkzaamheid van het medicijn verslechtert. Tolvaptan wordt gebruikt bij cystenieren, de meest voorkomende erfelijke nierziekte. Het middel remt de groei van de cysten, waardoor het langer duurt voordat een nierfunctievervangende behandeling zoals dialyse nodig is. Tolvaptan heeft als bijwerking een forse toename van het urinevolume. Dit zorgt bij veel patiënten voor een verstoorde nachtrust door het vele plassen. Hierdoor stoppen patiënten vaak met het medicijn.
Lees de volledige wetenschappelijke samenvatting.
Het BK-virus te lijf gaan
Met zijn subsidie onderzoekt Michiel van Aalderen (Amsterdam UMC) waarom de T-celreactie (een groep witte bloedcellen) niet goed werkt bij patiënten met een nierontsteking door het BK virus. Het BK-virus is een virus dat bij gebruik van afweeronderdrukkende medicatie na een niertransplantatie regelmatig opnieuw oplaait. En de donornier aanvalt. Dit kan leiden tot schade, nierontsteking en zelfs tot verlies van de nier. Onlangs is ontdekt dat T-cellen het virus heel specifiek kan aanvallen. Bij patiënten met nierontsteking als gevolg van het BK-virus schiet dit te kort.
Lees de volledige wetenschappelijke samenvatting.
Zoutopslag in het lichaam verklaren
Liffert Vogt (Amsterdam UMC) onderzoekt of er een nieuwe behandeling mogelijk is voor zoutgevoelige hoge bloeddruk. Te hoge zoutinname leidt tot een hoge bloeddruk, maar waarom dat is, is niet duidelijk. Vogt vermoedt dat de wisselwerking tussen glycosaminoglycanen (geleiachtige moleculen om een lichaamscel) en een groep ontstekingscellen (macrofagen) een belangrijke rol spelen. Ook lijkt, bij zoutinname, zoutopslag in het lichaam bepalend te zijn voor veranderingen in bloeddruk. En samen te hangen met glycosaminoglycanen en macrofagen. Op dit moment zijn alleen een zoutbeperkt dieet en/of het plasmedicatie beschikbaar voor nierpatiënten.
Lees de volledige wetenschappelijke samenvatting.