Leerproblemen door nierziekte

Een leerachterstand kan om verschillende redenen ontstaan:

• Door de nierziekte moet je kind misschien vaker verzuimen van school. Bijvoorbeeld omdat je kind zich niet lekker voelt, of voor controle of behandeling naar het ziekenhuis moet. Dat betekent dat je kind ook veel lessen mist.
• Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij nieraandoeningen. Net als concentratieproblemen. Daardoor heeft je kind misschien meer moeite met leren.
• Door de nierziekte hopen zich veel afvalstoffen op in het lichaam. Daardoor werken de hersenen waarschijnlijk minder goed. Dit heeft invloed op de leerprestaties.
• Sommige kinderen hebben problemen met de motivatie. Door de nierziekte kan een kind het gevoel krijgen ‘er niet bij te horen’, en op school in een isolement raken. Een kind gaat dan met weinig plezier naar school. Daardoor kunnen de schoolresultaten minder goed zijn.
• Ook de omgeving speelt een rol. Ouders en leraren hebben soms de neiging om voorzichtiger om te gaan met zieke kinderen. Er worden minder hoge eisen gesteld. Daardoor worden kinderen met een ziekte minder uitgedaagd.

Leraren merken vaak dat een kind met een nierziekte ineens minder goed presteert. Een kinderpsycholoog kan onderzoeken wat de oorzaak van de leerproblemen is.

Leerproblemen komen vooral voor bij kinderen die dialyseren. 9 van de 10 dialyserende leerlingen lopen een leerachterstand op. Dit komt waarschijnlijk doordat er veel afvalstoffen in het lichaam achterblijven, ondanks de behandeling. Het vermoeden is dat de afvalstoffen een negatief effect hebben op de werking van de hersenen. Maar dit moet nog verder worden onderzocht. Verder is dialyse een vermoeiende en tijdrovende behandeling. Vooral hemodialyse kost veel tijd. Hiervoor moet een kind meerdere keren per week naar het ziekenhuis.

Na een niertransplantatie gaat het leren vaak weer beter. De afvalstoffen worden dan weer goed uit het bloed gefilterd. Maar er zijn ook kinderen die concentratieproblemen blijven houden. Verder kunnen de medicijnen tegen afstoting invloed hebben op het leren. Een mogelijke bijwerking is vergeetachtigheid. Voor je kind kan dit extra lastig zijn, omdat iedereen ervan uit gaat dat alles weer in orde is na de transplantatie. Bespreek het op school als je merkt dat het leren nog steeds niet goed gaat.

Vraag de leraar om jou op de hoogte te houden van de schoolresultaten. Als het niet goed gaat, kun je overleggen over wat er moet gebeuren. Vraag de leraar wel om jouw kind op dezelfde manier te beoordelen als kinderen. Dan krijg je een realistisch beeld.

Samen met de school kun je bekijken wat jouw kind nodig heeft om zich beter te ontwikkelen. De school kan voor extra ondersteuning zorgen. Soms is het beter als een kind naar een andere school gaat, waar hij of zij meer aandacht en begeleiding krijgt.